Bewijzen en redeneren voor informatici 

Oefenzitting 3: Bewijzen

Basisconcepten

  • Bewijs door vaststelling (e.g. waarheidstabel)
  • Bewijs door constructie
    bv. er bestaat een x waarvoor P(x), geef simpelweg een voorbeeld
  • Bewijs door tekening (e.g. venn diagram)
  • Substitutie, gebruik definities, modus ponens
    modus ponens \( A \Rightarrow B \) is waar en \(A \) is waar dan is \( B \) waar zijn
  • Ketens van (on)gelijkheden, implicaties en equivalenties
    bv. toon aan dat \( A \Leftrightarrow B \): \( A \Leftrightarrow \dots \Leftrightarrow \dots \Leftrightarrow B \)

 

 

Basisconcepten

  • Wederzijdse implicatie
    \( A \Leftrightarrow B \) asa \( A \Rightarrow B \wedge B \Rightarrow A \)
  • Inclusie van verzamelingen
    \( A \subseteq B \) asa \(\forall x \in A: x \in B\)
  • Gelijkheid van verzamelingen
    \(A = B \) asa \( A \subseteq B \wedge B \subseteq A\)
  • Gevalsonderscheid
  • Bewijs uit het ongerijmde
    Om \(P\) te bewijzen bewijs dat \(\neg P \) een contradictie is
  • Bewijs door inductie: inductiebasis, inductiestap

 

Oefening 4.12

Keten van gelijkheden, substitutie

Oefening 4.14

Wederzijdse implicatie, bewijs adhv tekening

TB: \( A \subseteq B \Leftrightarrow A \cup B = B \)

\( A \subseteq B \Rightarrow A \cup B = B \)

Oefening 4.14

Wederzijdse implicatie, inclusie en gelijkheid van verzamelingen, substitutie

TB: \( A \subseteq B \Leftrightarrow A \cup B = B \)

\( A \cup B = B \Rightarrow A \subseteq B \)

Gegeven:  \( \forall x: x\in A \vee x \in B \Leftrightarrow x \in B \)

Te bewijzen: \( \forall y: y \in A \Rightarrow x \in B \)

  • Neem een willekeurige \( y \in A \)
  • Deze \(y \in A\) en is er voldaan aan \(y \in A \vee y \in B \)
  • Dus volgens het gegeven is \( y \in B \) waar 

Oefening 4.22

Bewijs uit het ongerijmde

Je neemt de negatie van het verkeerde

Beschouw een niet vlakke graaf met minder dan 5 knopen

Made with Slides.com