• Aanhalingstekens voor alle tekst
• Kommagetallen
Aanhalingstekens bij tekst in:
• print/ask
Aanhalingstekens bij tekst in:
• print/ask
• lijstjes
lijst = 'chocolade', 'fruitella', 'toffee'
print 'mjammie ' lijst at random
mjammie chocolade
mjammie fruitella
mjammie toffee
Aanhalingstekens bij tekst in:
• print/ask
• lijstjes
• if
antw is ask 'ben je wel eens in Spanje geweest?'
if antw is 'ja'
print 'que bueno'
else
print 'oké'
que bueno
oké
Geen aanhalingstekens bij:
• getallen
lijstje = 1, 6, 23
print lijstje at random
1
23
6
Geen aanhalingstekens bij:
• getallen
• variabelen
getal1 = 33
getal2 is ask 'hoe oud ben je?'
if getal1 is getal2
print '33 is een mooie leeftijd'
else
print 'geen zorgen het komt wel goed'
33 is een mooie leeftijd
geen zorgen het komt wel goed
• De commando's and en or
• gebruik de commando's voor een dubbele vergelijking
• gebruik and om te checken of twee vergelijkingen waar zijn
• gebruik or om te checken of één van de twee vergelijkingen waar is
• Dubbele vergelijking maken
eten = ask 'Wat wil je eten?'
drinken = ask 'Wat wil je drinken?'
if eten is 'broodje'
if drinken is 'sap'
print 'dat is ons voordeelmenu!'
• Dubbele vergelijking maken
• 2 keer else nodig
eten = ask 'Wat wil je eten?'
drinken = ask 'Wat wil je drinken?'
if eten is 'broodje'
if drinken is 'sap'
print 'dat is ons voordeelmenu!'
else
print 'dat is geen voordeelmenu'
else
print 'dat is geen voordeelmenu'
eten = ask 'Wat wil je eten?'
drinken = ask 'Wat wil je drinken?'
if eten is 'broodje' and drinken is 'sap'
print 'dat is ons voordeelmenu!'
else
print 'dat is geen voordeelmenu'
• Dubbele vergelijking maken
• gebruik het and commando!
antw1 = ask 'ben je nu vrij?'
antw2 = ask 'heb je ook honger?'
if antw1 is 'ja' and antw2 is 'ja'
print 'Zullen we naar de Mac!?'
else
print 'oké dan ga ik alleen naar de Mac'
• Dubbele vergelijking maken
• gebruik het and commando!
dag = ask 'Welke dag is het?'
if dag is 'zaterdag'
print 'het is weekend!'
if dag is 'zondag'
print 'het is weekend!'
• Dubbele vergelijking maken
• soms wil je weten of één van de twee opties waar is
dag = ask 'Welke dag is het?'
if dag is 'zaterdag' or dag is 'zondag'
print 'het is weekend!'
• Dubbele vergelijking maken
• soms wil je weten of één van de twee opties waar is
• dat kan met het or commando
jaar is ask 'Noem één jaar waarin er een lockdown door Corona was'
if jaar = 2020 or jaar = 2021 or jaar = 2022
print 'goed geantwoord'
else
print 'helaas dat klopt niet'
• Dubbele vergelijking maken
• soms wil je weten of één van de twee opties waar is
• dat kan met het or commando
antw1 = ask 'gaat het goed?'
antw2 = ask 'zit je goed in je vel?'
if antw1 is 'ja' and antw2 is 'ja'
print 'mooi'
if antw1 is 'ja' or antw2 is 'ja'
print 'oké'
if antw1 is 'nee' and antw2 is 'nee'
print 'ah wat vervelend, waar komt dat door?'
• Dubbele vergelijking maken
• combinatie van and & or
• Maak van Hedy level 13 de tabbladen:
- and deel 1 & 2
- or deel 1 & 2
- and & or
• Klaar?
- maak het tabblad 'bonus'
- ga door naar level 14
- kom naar mij voor extra opdrachten
• Maak van Hedy level 13 de tabbladen:
- bekijk de tabbladen 'geheim agent' & 'restaurant'
- verzin je eigen geheim agent verhaal of restaurant opgave
• Klaar?
- maak het tabblad 'boter kaas en eieren'
- maak de andere tabbladen van level 13
- ga door naar level 14
- kom naar mij voor extra opdrachten
• De commando's and en or
• gebruik de commando's voor een dubbele vergelijking
• gebruik and om te checken of twee vergelijkingen waar zijn
• gebruik or om te checken of één van de twee vergelijkingen waar is